Pasado de Conducir

In de Spaanse grammatica is het begrip “pasado de conducir” verwijst naar de verleden tijd vormen van het werkwoord “conducir”wat "rijden" betekent. Net als in het Engels (en vele andere talen), waar we verleden tijd vormen hebben zoals "reed" of "had gereden," heeft het Spaans ook zijn eigen vervoegingen om acties uit te drukken die gerelateerd zijn aan rijden.

 

Verleden tijd vervoegingen

Als we het hebben over handelingen die al in het verleden hebben plaatsgevonden, gebruiken we verschillende vervoegingen van het werkwoord “conducir” afhankelijk van het onderwerp dat de actie uitvoert. Hier zijn de verleden tijd vervoegingen in het Spaans:

  • Yo conduje (Ik reed)
  • Tú condujiste (U reed)
  • Él/Ella/Usted condujo (Hij/Zij/Jij reed)
  • Nosotros/Nosotras conducimos (We reden)
  • Vosotros/Vosotras condujisteis (Jullie reden allemaal - informeel, Spanje)
  • Ellos/Ellas/Ustedes condujeron (Zij/jullie reden allemaal)

 

Voorbeeldzinnen

Laten we eens kijken naar enkele voorbeelden om te begrijpen hoe deze verleden tijd vervoegingen worden gebruikt in zinnen:

  1. Yo conduje al parque de atracciones ayer. (Ik ben gisteren naar het pretpark gereden.)
  2. Ella condujo muy rápido por la autopista. (Ze reed erg snel op de snelweg.)
  3. Nosotros condujimos durante toda la noche. (We hebben de hele nacht gereden.)

Hier zijn meer voorbeelden ter illustratie van het gebruik van verleden tijd vormen van “conducir”:

  • Tú condujiste a tu amigo al aeropuerto. (Je hebt je vriend naar het vliegveld gereden.)
  • Él condujo el autobús escolar por diez años. (Hij reed tien jaar lang met de schoolbus).
  • Nosotras conducimos por la ciudad buscando un lugar para estacionar. (We reden door de stad op zoek naar een parkeerplaats).
  • Vosotros conducisteis en la carretera panorámica durante las vacaciones. (Jullie reden allemaal over de schilderachtige snelweg tijdens de vakantie).
  • Ellos condujeron un camión de mudanzas hasta su nueva casa. (Ze reden met een verhuiswagen naar hun nieuwe huis.)

 

Onregelmatigheden

Zoals veel werkwoorden in het Spaans, “conducir” heeft een aantal onregelmatigheden in de verleden tijd vervoegingen. Terwijl de meeste werkwoorden een patroon volgen, moeten onregelmatige werkwoorden uit het hoofd geleerd worden. Gelukkig, “conducir” is een relatief regelmatig onregelmatig werkwoord, wat betekent dat de vervoegingen een voorspelbaar patroon volgen met kleine veranderingen in de stam.